Opleiding; algemene HBO-eis niet realistisch

De geduide functies hebben gemeen dat zij een HBO opleidingseis kennen, doch dat een specifieke richting niet noodzakelijk is. Instroom is mogelijk vanuit diverse disciplines. Dat is niet ongewoon bij een CBBS functieduiding. Het is immers zo dat in de meeste gevallen wanneer een HBO-er uitvalt in zijn eigen beroep, er gezien de beperkte vulling van het CBBS geen functies te duiden zijn die dezelfde opleidingseisen kennen, doch een andere belasting hebben dan het eigen werk. Zo gebeurt het steeds dat een kleine groep HBO-functies geduid kunnen worden aan alle uitgevallen HBO-ers en ook academici. De overige in het CBBS aanwezige HBO-functies worden niet gebruikt. Indien er geen sprake is van beperkingen op persoonlijk en sociaal functioneren, is dat rijtje steeds hetzelfde, de functie van arbeidsdeskundige komt zo goed als in iedere genoemde functieduiding als eerste voor nu bovendien het uurloon in deze functie relatief hoog is. Zijn er wel beperkingen op rubriek I en II van de Functionele Mogelijkheden Lijst, dan zakt het niveau van de geduide functies ten minste naar MBO-niveau, doch meestal nog lager. Bovenstaande geldt ook voor functieduiding op een lager niveau. Van de in het CBBS opgenomen functies wordt maar een heel beperkt deel voor de functieduiding gebruikt omdat de functies met een specifieke opleidingseis zelden of nooit voor een schatting bruikbaar zijn.

Bovenstaande betekent dat bij alle theoretische schattingen voor de WAO en WIA gebruik wordt gemaakt van een kleine groep functies uit het CBBS. Die groep is geen afspiegeling van de arbeidsmarkt, maar een groep functies die in de tijd bij theoretische schattingen het meest bruikbaar zijn gebleken. De functies hebben vrijwel allemaal een hoog uurloon, geen specifieke opleiding en geen ervaringseis. Daarnaast zijn het functies die of veel afwisseling kennen in lopen, zitten en staan en weinig krachtfuncties vereisen, of geen piekbelasting of hoog handelingstempo vragen.

De arbeidsdeskundige krijgt vanuit het CBBS een zeer beperkt aantal, steeds dezelfde, functies voorgelegd waar hij dan weer een zeer beperkt aantal, steeds dezelfde, functies kiest. Behoudens de arbeidsdeskundig analisten zijn er geen arbeidsdeskundigen die inzicht hebben in de andere door de arbeidsdeskundig analisten geanalyseerde functies, nu het systeem die niet selecteert. Dat een arbeidsdeskundige derhalve binnen het CBBS zijn keuze kan maken is niet juist. Hij kiest uit een kleine selectie.

Als de arbeidsdeskundige weet wat hij zoekt kan hij een functie in het systeem opvragen. Hij kan en mag echter op basis van eigen kennis en kunde niet zelf functies selecteren buiten die eerder genoemde selectie nu hem de kennis ontbreekt van het gehele aanbod.

Dat hoeft arbeidskundig geen bezwaar te zijn, immers het gaat om een theoretische schatting. Aan deze handelswijze zit echter een aantal bezwaren.

Indien een werkgever alleen een HBO-eis stelt gaat het om functies die vaardigheden vereisen vanuit diverse disciplines waarvoor een opleiding vanuit één van de disciplines volstaat. Het gaat om functies waarvoor geen verregaande specialist wordt gevraagd, doch juist een generalist. Meestal volgt een verdere opleiding of scholing tijdens of naast het werk.

In de meeste gevallen geldt hier een duidelijke eis ten aanzien van de werkervaring. Is de functie ook open voor starters, dan wordt er een op de functie gerichte opleiding gevraagd. Zo kan iemand die een Pabo-diploma heeft gehaald geen functie als arbeidsdeskundige verwerven als starter, doch een afgestudeerde drs. in de arbeidspsychologie of een afgestudeerde jurist met de richting arbeids- en sociale verzekeringsrecht die een goede indruk maakt wel. Daarbij maakt een psychologische test of een assesment altijd onderdeel uit van de sollicitatieprocedure.

Het verwerven van een functie die met een verschillende achtergrond verricht kan worden, vraagt dus tenminste één, doch vaak meerdere aanknopingspunten in kennis en kunde die voortkomt uit opleiding, persoonlijkheid/persoonlijke ontwikkeling en arbeidsverleden. Een bouwkundig ingenieur kan bijvoorbeeld wel een baan als arbeidsdeskundige verwerven als hij ruime werkervaring heeft bij het aanpassen van woningen voor gehandicapten en wordt ingehuurd als arbeidsdeskundige bij het regelen van werkplek- en woning-aanpassingen. Heeft hij echter alleen werkervaring als bouwkundig opzichter bij een bouwconcern dat alleen grote projecten doet, dan maakt hij als arbeidsdeskundige die wordt ingehuurd om WAO schattingen te doen geen enkele kans.

Daarnaast kijkt een werkgever wanneer een opleiding onvoldoende aanknopingspunten biedt voor de kwaliteiten van de werknemer voor een zo breed georiënteerde functie naar de vaardigheden van een sollicitant. Die herleidt hij uit het opleidings- en arbeidsverleden, test hij in sollicitatiegesprekken en meestal ook met een psychologische test of assesment, hetgeen op dat niveau ook bij een nieuwe carrièrestap zeker niet ongebruikelijk is.

Praktisch gezien komt het bij dit soort functies erop neer dat een werknemer een op de functie gerichte werkervaring moet hebben, een HBO-opleiding en de benodigde persoonlijke competenties. In heel veel gevallen worden dit soort functies verkregen via een beroepsmatig netwerk. Koude sollicitaties zonder gerichte werkervaring en aantoonbare vereiste competenties hebben geen kans van slagen

Betreft

Delen uit

Opgesteld voor

Meer specifiek

Datum

Uitkomst

Rapporteur

: WAO-beroepszaak

: een juridisch en arbeidskundig rapport

: de beroepszaak van een afgeschatte WAO-gerechtigde

: herbeoordeling van een langdurig inactieve kleuterleidster

: oktober 2008

: beslissing door UWV herzien, opgegeven reden; medisch

: Flora van den Berg, Juridisch Arbeidskundig Advies

Geschreven door	:
Datum totstandkoming	: 19-08-2010